zondag 8 juli 2012

De Vlaamse film

De Vlaamse film doet het goed. Ze doorbreken de crisis in het vlaamse cultuurkabinet met de ene prijs na de andere binnen te halen. Het lijkt er wel op dat minder subsidies leidt naar beter resultaat. Regisseur Geoffrey Enthoven schrijft geschiedenis met de film 'Hasta la vista'. Deze week haalde hij nog de eerste prijs in Tsjechie. Voordien had hij al een paar rake prijzen binnengehaald. Het Amerikaanse vakblad Variety haalde Geoffrey aan als een van de tien beste te volgen Europese regisseurs. Het VAF, Vlaamse Audiovisueel fonds van de Vlaamse Regering, gaat met zijn fondsen berg af. Sinds 2009 geven ze bijna meer dan 10% minder steun aan vlaamse filmprojecten.


Vlaamse audiovisuele creaties hebben vorig jaar 148 prijzen gekregen op verschillende nationale en internationale filmfestivals. Verder werden vlaamse films, kortfilms, documentaires en andere 1.141 keer geselecteerd in binnen- en buitenland. De films bleven niet alleen binnen Europese grenzen, ze trokken ook naar Noord- en Zuid-Amerika en Azie.  De populairste films in 2011 waren Rundskop, Code 37 en hasta la vista. Zelf het BAF, Belgische Anti-Piraten Federatie, kreeg het druk en moesten alles bij elkaar wel bijna 13.000 links verwijderen naar de Belgische film in het internet die er werden geplaatst zonder auteursrechten te betalen.
Dat de Vlaamse film alles uit de kast haalt, nu in tijden van crisis is volgens experten geen contradictie. De films die nu in de zalen komen, zijn nog steeds gesubsidieerd. Vanaf de subsidies tot het eindresultaat, verloopt drie jaar. Vanaf nu zou het minder moeten gaan, aangezien grote producties moeilijker worden. Net nu onze regisseurs en acteurs genomineerd worden in het buitenland.
Niet alleen het VAF heeft minder geld, ook bij de VRT is de kraan dichtgedraaid. De producent van Helaasheid der dingen, Dirk Impens, ondertekende mee een open brief waarin de bezorgdheid wordt uitgesproken over de Vlaamse&Belgische film. Het kleine groepje van goede regisseurs zoals Jan Verheyen, Stijn Coninx en Dominique Deruddere, is uitgegroeid, dit door het succes van deze laatsten. Hierdoor worden meer projecten voorgesteld, juist nu er minder geld is. De kwaliteit is Vlaanderen ontgroeid en de internationale markten halen ze graag in. Duitsland, Frankrijk, zelfs de Verenigde Staten geven aan Belgische regisseurs werk. Deze films verschijnen dan wel in internationale festivals niet als Belgische producten. Een liedje dat we al een tijdje kennen.

De Vlaamse filmmakers zijn niet alleen gegeerd voor hun kwaliteiten en hun creativiteit, maar ook voor hun talent om low budgetfilms van grote kwaliteit te maken. Elk ander land begroet hen met open armen, alleen Vlaanderen wil dat ze nog lower budget gaan.

Producent-regisseur Marc Punt die momenteel de komedie Frits en Freddy afwerkt en daarvoor naast een VAF-toelage greep, ziet het niet rooskleurig in: 'Ik heb mijn film voor een groot stuk met risicokapitaal gefinancierd, maar ik denk niet dat het gros van de Vlaamse producenten bereid zal zijn dat te doen. Er zullen simpelweg minder films gedraaid worden.'  Dirk Impens is iets optimistischer: 'Als filmsector barsten we niet, we buigen. Dit komen we wel te boven. Ik kan me bijvoorbeeld voorstellen dat wie debuteert met een eerste film die niet aanslaat, geen tweede kans meer krijgt.' Het spijtige vindt Impens dat het uiteindelijk om een besparing van 'slechts' zo'n 1,6 miljoen euro gaat. 'Geen gigantisch bedrag, maar het veroorzaakt wel een sneeuwbaleffect. Tot en met snijden in een sector waarin, tv niet meegerekend, 9.000 mensen werken.'
De audiovisuele sector in Vlaanderen is een grote werkgever. Direct zijn ze goed voor 10.000 voltijdse banen, volgens een studie van Vlerick  Consult. Ook is de werkgelegenheid in de sector met 70% gegroeid de laatste 10 jaar. Een rare wending dan van de vlaamse regering, om juist te beknotten in subsidies, wanneer behoud van werkgelegenheid wel in hun programma staat. Een beetje paniekvoetbal, horen we in de wandelgangen. In Wallonie proberen ze die werkgelegenheid wel te behouden. Zij startten een economisch fonds, onder de titel: Straffe Filmverhalen? Er valt geld te halen bij de Walen. De Walen willen goede films maken, met een Belgisch label, en dat met de roem die de Belgische regisseurs opgebouwd hebben. Wallonie werkt al langer samen met Frankrijk, zij geven verschillende films uit met een Belgisch label in samenwerking met Frankrijk. Vlaamse regisseurs krijgen bij hen wel gehoor.
In 2009 gingen 1.915.630 bioscoopbezoekers naar een Vlaamse film kijken. Het nationale marktaandeel van de Vlaamse film bedroeg in 2009 naar schatting 10%. In Vlaanderen alleen zit dit geschatte marktaandeel ruim boven 15%. De best bekeken Belgische film van dat jaar is De helaasheid der dingen (425.209 bezoekers), gevolgd door Dossier K. (220.788 bezoekers) en Le petit Nicolas (204.523 bezoekers). Ook op dvd en op televisie weten Vlaamse audiovisuele creaties het publiek te bekoren. Ook internationaal deed de Vlaamse film het goed in 2009. Drie films (De helaasheid der dingen, Altiplano en Lost Persons Area) stonden op het programma in Cannes. Double Take werd vertoond in het Forum van de Berlinale. My Queen Karo ging in première op het Toronto International Film Festival. In totaal telde het VAF 770 festivalselecties en 132 prijzen en vermeldingen.
Nieuwere cijfers vindt men nog niet op de site van VAF.
In juni kreeg ook de film van Felix van Groeningens een belangrijke promotie. The Broken Circle Breakdown staat bij de 50 films die het Amerikaanse Indiewire op het programma zet voor het najaarsfestival van Toronto en Venetie, de twee belangrijke internationale filmfestivals.
Indiewire baseert zijn lijst op de positieve geruchten die er op dit ogenblik rondgaan over een aantal films. Vooral het feit dat de vooraanstaande Berlijnse sales agent The Match Factory The Broken Circle Breakdown recent oppikte voor internationale verkoop doet het beste hopen. Het is de allereerste keer dat The Match Factory een Belgische film in zijn catalogus opneemt. 


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten